8 mei 2020

In de serie Impactondernemen in tijden van corona spreken we met leden van Impact Noord. Wat voor effect hebben de maatregelen rondom de coronacrisis op hun bedrijf? Zijn er ook kansen te signaleren in deze tijd, en hoe kijken zij naar de toekomst van hun bedrijf en de maatschappij?

—–

In deze tweede aflevering: Adriaan Pals, mede-eigenaar en initiatiefnemer van Toolbox Emmen, een ontwikkelcentrum dat mensen met afstand tot de maatschappij helpt te doen waar ze goed in zijn. De organisatie beschikt onder meer over een hout- en metaalwerkplaats, een drone-racebaan, een kas, een moestuin en een koffiebranderij. Hiernaast zorgt Toolbox Emmen voor dagbesteding, re-integratie en begeleiding.

Voordat het coronavirus uitbrak, volgden 67 deelnemers een traject, stonden twintig mensen op de loonlijst en ondersteunden tien tot vijftien vrijwilligers de organisatie.

Hoe vergaat het jullie nu?
‘Bij ons is het dikke drama. Dat zit ‘m in verschillende dingen: we hebben een doelgroep waarvan sommigen een slechte gezondheid hebben, zij blijven nu thuis. Andere deelnemers zijn bang en durven niet meer te komen. En er vallen mensen terug in hun oude patroon, een soort kluizenaarschap. Daarnaast vallen we net buiten de boot met alle steunmaatregelen: voor werktijdverkorting komen we niet in aanmerking omdat we vorig jaar bijna verdrievoudigd zijn in omzet. We vallen nu veertig of vijftig procent terug, maar tegenover 2019 is dit niet meer dan de vereiste twintig procent. We zijn niet een organisatie die dat ‘zomaar even’ kan opvangen. Onze hoofdaanbieders, die een garantie-omzet hadden afgegeven, hebben zich vorige week teruggetrokken en moeten nog met een nieuwe garantie komen. Bij dagbesteding krijg je ook alleen betaald als mensen aanwezig zijn. Dit dwingt ons om personeel te vragen of ze een vaststellingsovereenkomst willen tekenen; ik heb zelf net mijn ontslag ingediend bij onze Raad van Toezicht en de rest van het bestuur.’

Je levert je salaris in om de organisatie te redden, dat is niet niks.
‘Ik heb niet vanwege het geld voor dit vak gekozen. Dat zal niet iedereen beamen die me afgelopen jaar heeft gesproken; zakelijk kan ik bikkelhard zijn en ik heb het lokale politici en professionals niet makkelijk gemaakt. Ik kan bot zijn, maar ik vind het in deze situatie niet zo moeilijk om mezelf opzij te zetten. Ik vertrouw dat het met mij wel goedkomt. Maar als ik collega’s moet ontslaan voor mijn eigen behoud, dan teken ik de ondergang van mijn organisatie. Ik stop ook niet met werken, ik krijg alleen niet meer betaald. Hiermee proberen we de werktijdverkorting te realiseren waar we nu geen recht op hebben en andere collega’s de mogelijkheid te geven om Toolbox in stand te houden. Het is zoeken naar hoe we weer in de zwarte cijfers terechtkomen. We proberen echt met man en macht een faillissement af te wenden.’

Hoe pak je dat aan, los van de noodgedwongen ontslagen?
‘De afgelopen weken hebben mijn naaste collega Ruben en ik onze huidige financiële situatie in kaart gebracht, met daarin alle cijfers en alle variabelen. Zo bleek mijn loon een gemakkelijke manier om kosten te besparen: mijn projecten vallen stil, ik werk veel thuis, bestuur veel op afstand en kan het verlies privé makkelijker opvangen. Omdat we in de maatschappelijke ondersteuning werken en daarmee onder de vitale beroepen vallen, kunnen we wel open – richtlijnen in acht nemend. De eerste week waren we dicht om geen risico te nemen en goed te onderzoeken wat er aan de hand was, wat we wel en niet mochten, waar onze deelnemers behoefte aan hadden. We zijn direct aan de slag gegaan met online mogelijkheden en hebben geprobeerd een zo veilig mogelijke omgeving te creëren voor hen die het nodig hebben om te blijven komen. Sommige trajecten lopen ook gewoon door, zoals die van het UWV en Menso, daar krijgen we ook voor betaald.’

Welke maatregelen hebben het grootste effect op de organisatie?
‘We merken vooral dat iedereen zich terugtrekt op zijn eigen eiland: overheden, zorginstanties, financiers. Dit vergroot de schade voor deelnemers en de maatschappij. Het gaat straks alleen maar meer geld kosten. Ik mis leiderschap van lokale overheden en grote zorgorganisaties die verantwoordelijk zijn voor de financiering, dat is een gemis. We hebben er de afgelopen weken echt alles aan gedaan om bij Tweede Kamerleden, ministeries, financiers en gemeenten aan te geven wat er gebeurt als je geen recht hebt op werktijdverkorting, daar zaten we gelijk bovenop. Maar reacties bleven uit, van iedereen. We staan er alleen voor, moesten alles alleen uitzoeken. Die stilte is heel vervelend. Het antwoord kan ook zijn: nee, je hebt er geen recht op. Dan heb je dat zwart op wit, weet je waar je aan toe bent en kun je daarop ageren.’

Van de saamhorigheid die velen zeggen te ontwaren merken jullie dus weinig?
‘Nou, ik zie vooral veel angst en het effect daarvan: iedereen probeert zijn eigen hachje te redden. Daar heb ik ook begrip voor, maar dat helemaal nergens op reageren, daar help je niemand mee. Zodra de angst afneemt en we weer wat meer mogen, is er denk ik een enorme behoefte aan creativiteit, ondernemerschap en saamhorigheid. Ik zie heel veel kansen, daarom doen we ook alles om overeind te blijven. Als we hier doorheen komen, zijn er weer zo veel mensen met psychische problemen en afstand tot de maatschappij; heel veel bedrijven gaan failliet en mensen raken hun baan kwijt. Dan zijn sociale ondernemingen nog veel harder nodig. De maatschappij zoals we ‘m hadden, krijgen we niet meer terug.’

Daarover gesproken: hoe hoop je dat het post-coronatijdperk eruit ziet?
‘Ik hoop dat we minder bezig zijn met het verdienen van geld en het consumeren van zo veel mogelijk prikkels. Ik merk het bij mezelf, ik heb ook in een ratrace gezeten van keihard werken, succesvol zijn en in mijn vrije tijd constant vermaakt willen worden in de bioscoop, de kroeg, tijdens evenementen. Nu is dat volledig weggevallen en worden we allemaal op onszelf teruggeworpen. Tot twee maanden geleden was ik een fulltime werkende, succesvolle ondernemer en nu ben ik een parttime van huis uit werkende ondernemer die met zijn kinderen in de tuin speelt. Ik kom patronen bij mijzelf tegen waarvan ik niet wist dat ze erin zaten, en ik vermoed dat dit voor meer mensen geldt. Ik denk we teruggaan naar een meer lokale maatschappij waarin we, weliswaar wat meer op afstand, op een dieper niveau meer contact met elkaar krijgen. Dat klinkt een beetje zweverig, maar er ontstaat een grotere waardering voor wat we hebben. Ik hoop op een discussie over hoe we met elkaar om willen gaan en hoe we onze systemen en geldstromen willen inrichten.’

Tekst: Lieke van den Krommenacker
Zie ook: Toolbox Emmen